De kracht van het SODA-attest kan op drie manieren bekeken worden.
Motivatietheorie
Hoe motiveer je leerlingen in het secundair onderwijs? Vaak gebeurt dat via beloningsmechanisme. In het klassieke onderwijs beschikt men meestal over punten en rapporten. We merken dat dat niet meer werkt, vooral bij het hoger secundair onderwijs, namelijk de 2de en 3de graad.
Het SODA-attest daarentegen biedt een soort beloning die veel meer inspeelt op wat de leerlingen zelf willen. Zij willen bijvoorbeeld een vakantiejob om dan een smartphone te kunnen kopen. Dit is wat we noemen, intrinsieke motivatie: de dingen die ze zelf willen.
Wat ook kan is dat de dingen doen waarvan ze merken: "Het brengt mij iets op als ik dit hier doe. Het brengt op als ik stipter ben en wanneer ik meer gedisciplineerd aan de draaibank sta." Dit heet dan weer gecontroleerde motivatie of autonome motivatie. Uit zichzelf beseffen welke acties hen meer opleveren.
Het curriculair perspectief
Veel leerlingen hebben de neiging om schools leren gedeeltelijk of volledig te verwerpen. Ze krijgen vaak het gevoel dat ze daar niets mee zullen zijn in hun latere leven.
Wat gebeurt met het SODA-attest is dat je een aantal belangrijke attitudes, dimensies en criteria naar voren schuift die van belang zijn voor elke jonge werknemer in het echte bedrijfsleven. Dit geldt meestal nog meer voor die werknemers die in de meer technische, beroepsgeoriënteerde opleidingen zitten. Als werknemers moet je er staan op het juiste uur, je moet gedisciplineerd zijn en je moet doen wat er van jou gevraagd wordt.
Het curriculum ligt door SODAplus dus dichter bij wat er verwacht wordt in het bedrijfsleven en het bedrijfsleven wordt zelfs een beetje binnengebracht in de school aan de hand van de pitch & connect en uitreiking events.
Leertheoretisch
Het SODA-attest werkt aan de hand van een zeer succesvolle leertheorie: De Social Learning theorie van Bandura. Die zegt dat mensen vooral leren van voorbeelden, zoals rolmodellen.
Wanneer ben je een rolmodel? Wanneer je succesvol bent. Wat zie je dan bij dat rolmodel? Dat zij zich op een bepaalde manier gedragen en dat die manier hen leidt tot succes. Deze manier van observeren van welk gedrag tot succes leidt, is juist wat leerlingen helpt bij het leren. Ze gaan ook dat gedrag willen doen, met de verwachting om datzelfde succes te hebben.